• Lorem ipsum

Parket op vloerverwarming

30 Apr 2018

De combinatie van vloerverwarming en parket- of laminaatvloeren komt tegenwoordig steeds vaker voor. Maar hout is een natuurproduct dat gevoelig is voor schommelingen in de luchtvochtigheid en temperatuur. Om dit goed te laten verlopen is het belangrijk om bepaalde voorzorgsmaatregelen te nemen en bepaalde elementen goed in het oog te houden.

De voor- en nadelen van vloerverwarming onder een houten- of laminaatvloer moeten goed worden afgewogen!

 

Soorten vloerverwarming

 

“Natte“ vloerverwarming

Bij natte vloerverwarming liggen de verwarmingsbuizen in de strijklaag. Deze strijklaag dient te voldoen aan de NEN2741 norm.

Een belangrijk element is de dekking van de afwerklaag die is aangebracht boven de leidingen van de vloerverwarming. Deze moet minimaal 30mm zijn, dit in verband met de warmtespreiding en sterke in de vloer.

De dekvloer kan rechtstreeks op de constructievloer worden aangebracht. In dit geval is de constructievloer aan de onderkant voorzien van de thermische en indien nodig een dampremmende isolatie.

Bij een zwevende dekvloer dient er onder de dekvloer een isolatielaag te worden aangebracht. Deze zorgt voor vochtblokkade, voorkomt warmteverlies naar onderen en beperkt geluidsoverdracht.

 

Droogbouw“ vloerverwarming

Op een vlakke vloer worden isolatie/draagplaten gelegd. Hierin worden de warmtegeleidings platen met goten aangebracht. Daarin worden de verwarmingsbuizen gelegd. Deze worden afgedekt met een afwerkvloer, bijvoorbeeld Fermacel-platen.

 

Elektrische vloerverwarming

Elektrische vloerverwarming functioneert los van de bestaande verwarmingsinstallatie. Dit systeem wordt aangebracht op de strijklaag of de betonnen vloer, vaak in vorm van matten. De elektrische systemen worden over het algemeen als bijverwarming gebruikt.

Voor de toepasbaarheid van elektrische vloerverwarmingssystemen bij laminaatvloeren, altijd contact opnemen met de leverancier van het betreffende elektrische vloerverwarmingssysteem!

 

Protocol.

Om het toelaatbare vochtpercentage van de afwerkvloer te bereiken moet, ongeacht het seizoen het voorgeschreven stook protocol worden gevolgd.

Vóór het aanbrengen van de vloerafwerking

  • Bij natte systemen dient de vloerminimaal 4 weken te drogen, alvorens te starten met verwarmen.
  • Bij droogbouw systemen kunt u binnen 24 uur het systeem starten en meteen beginnen met het leggen van de vloer. Tijdens het leggen mag u de vloer niet verwarmen.

 

Opstoken van de vloerverwarming, vóór het aanbrengen van de vloer.

  • Het water van de vloerverwarming, verwarmen tot 20ºC.
  • Gedurende vijf achtereenvolgende dagen de watertemperatuur verhogen met telkens maximaal 5ºC per dag. Tot de maximale temperatuur van 45ºC. Deze maximale temperatuur dient een aantal dagen te worden aangehouden.
  • De temperatuur van het water verlagen met 5ºC per dag tot 20ºC.
  • Bovenstaande cyclus eenmaal herhalen.

Zorg tijdens deze procedure voor een goede ventilatie, zodat het vrijgekomen vocht goed kan worden afgevoerd.

 

Het installeren van de vloer

  • Het verdient de voorkeur om de vloer vol te verlijmen, aangezien dit het meest optimale resultaat geeft. Indien zwevend wordt gelegd dan niet te brede vloerdelen kiezen.
  • De panelen dienen gedurende minimaal 48 uur, in gesloten verpakking te acclimatiseren onder de gebruikelijke omstandigheden in de ruimte waar ze zullen worden gelegd. Tijdens het acclimatiseren mag de temperatuur niet lager zijn dan 10ºC en niet hoger dan 20ºC. De relatieve luchtvochtigheid moet tussen 45 en 60% liggen. Tijdens het leggen van de vloer mag de kamertemperatuur echter niet onder de 18ºC zijn.
  • Schakel de vloerverwarming uit tijdens het aanbrengen van de vloer.
  • Uiteraard dient de ondervloer vlak te zijn en maximaal 5% restvocht te bevatten.
  • Bij het verlijmen van de vloer kunnen zowel dispersie- als PU lijmen worden gebruikt. Raadpleeg de leverancier van de lijm of deze geschikt is voor verwerking in combinatie met vloerverwarming.
  • Bij zwevende installatie is het gebruik van een PE-folie vereist, dit omdat de vochtigheid van de vloer zal toenemen als de verwarming uitgeschakeld wordt, vooral tijdens de zomer wanneer de relatieve vochtigheid hoger is.
  • v.m. de eventuele werking van de vloer, dient minimaal 10mm vrijgehouden te worden van de muren. Bij het doorleggen in meerdere ruimtes dient de vloer onderbroken te worden met een dilitatieprofiel.

Leg na het leggen van de vloer geen losse kleden of karpetten op uw nieuwe vloer, ter voorkoming van vochtophoping. Vochtophoping kan extra krimp veroorzaken. Ook kasten die tot onderaan gesloten zijn, hebben een isolerende werking, waardoor de vloer extra wordt opgewarmd.

Als de vloer is gelegd kan de vloerverwarming in bedrijf worden gesteld volgens het voorgeschreven protocol.

  • De eerste dag stelt u de watertemperatuur in op 20ºC. Hierna mag de watertemperatuur elke 24 uur met maximaal 5 graden worden verhoogd. De instroomtemperatuur van het water mag niet boven de 45ºC komen en de vloertemperatuur mag maximaal 25ºC bedragen.
  • Bij het uitschakelen van de installatie moet de procedure in omgekeerde volgorde worden gevolgd. Om temperatuurschommelingen zoveel mogelijk te voorkomen is het niet aan te raden de thermostaat ‘s avonds laag en ‘s morgens weer hoog te zetten.

 

Welke houtsoort kunt u het beste nemen?

Sommige houtsoorten zijn stabieler dan andere. Er zijn ook houtsoorten die niet aan te raden zijn voor installatie op vloerverwarming. De houtsoorten die het minst vochtgevoelig zijn, zijn het meeste geschikt voor vloerverwarming.

Dit zij de houtsoorten zoals: Eiken, Merbau, Afzelia, Aformosia, Panga Panga, Padoek, Wengé, Teak en Kambala.

Beuken, Jatoba, Grenen, Essen en Maple zijn niet aan te raden om op vloerverwarming te installeren. Geringe naadvorming in het stookseizoen is niet altijd te voorkomen. Hoe breder de vloerdelen, hoe groter de naadvorming kan zijn.

Vloerkoeling

Bij vloerkoeling wordt er water van 18º C door de buizen in de vloer geleid. Door de afkoeling is het mogelijk dat er condensvorming kan ontstaan, wat niet bevorderlijk is voor de vloer.

In dit geval zal er voldoende ruimte voor uitzetting aangehouden moeten worden, om schade te voorkomen.

Tevens is het bij een dergelijke installatie van belang dat er voorzieningen in de installatie zijn aangebracht die condensvorming voorkomen.

Wees de eerste om te reageren...
Laat een reactie achter
Door het gebruiken van onze website, ga je akkoord met het gebruik van cookies om onze website te verbeteren. Dit bericht verbergenMeer over cookies »